Dat je zó in de war was, dat wisten we niet. Ik en mijn collega's. Je bent altijd zo vrolijk. Soms wel erg druk, maar dat hoort bij jou, Alle Dagen Héél Druk.
Dat je een hoop nare dingen hebt meegemaakt, dat wisten we wél. Enig kind van vermoorde ouders. Alleen op een boot naar hier gekomen. In de loop van jaren Nederlands geleerd, vrienden gemaakt. Het asielzoekerscentrum uit, gewoon op jezelf wonen. Dat was toch wel moeilijk, dus toen kwam je bij ons. Je werkt, gaat met je vrienden op stap. Je houdt je huis netjes, je kookt, je wast. Je komt altijd even langs voor een praatje als ik aan het werk ben, als een tornado ga je dan door het kantoor.
Vandaag heb ik je weggebracht. Als een zombie zat je in de auto, je had het zo koud, zei je steeds. De verwarming stond op 24 graden.
Eenmaal daar aangekomen werd je heel boos. Hier wilde je niet zijn. Uiteindelijk hebben ze je in een kamer apart gezet. In de separeercel. Waarschijnlijk krijg je een kalmerend middel toegediend, en daar was je juist zo bang voor. Wat er ook gebeuren zou, je wou geen prikken.
Toen ik naar huis reed, regende het. Ik huilde stiekem mee. Ik hoop dat ik je snel weer op mag halen, en dat het dan beter gaat. Tot ziens!
Wat een triest logje. Sterkte.
BeantwoordenVerwijderen